Damvereniging VBI 2 stunt tegen DUO

door Pepijn van den Brink

Omdat Rob gestopt is met het verslagje van het tweede, wil ik wel in de toekomst de verslagjes maken.

Huissen 2 heeft iedereen verrast door met 11-9 te winnen van de grootste favoriet van de Hoofdklasse! Het leek een zwaar middagje te worden en dat we als maximale mochten hopen op een 10-10.

Het begon allemaal slecht met een week eerder het verlies van Dirk tegen Nina Hoekman, maar toch kreeg het 2e het positief omgezet.  De opdracht van Dirk was duidelijk in Doetinchem, ‘normaal’ spelen, want dan gaat Nina risico’s nemen. Dit viel juist andersom uit, Dirk speelde ‘té actief en té slordig’ door op de 25e zet 4035, en op de 26e zet 4540 te spelen. Als Dirk ‘gewoon’ op de 25e zet 3328 speelt is er niet veel aan de hand. Dirk probeerde nog met kleine trucjes uit zijn stand te komen, maar het was hopeloos en Nina strafte het genadeloos af.

De andere 9 stonden dus op de 10e voor een zware klus. Björn Winkel is hun zwakste schakel en die moeten we proberen te verschalken en zorgen dat we de andere partijen gelijkspelen. Het leek goed te beginnen doordat Theo in het middenspel in een gunstig klassieke stand stond en ‘makkelijk’ een schijf won. Winkel had wel een beetje compensatie omdat Theo ver naar achter stond. Het lukte, onder andere door de tijdnood, Theo het niet om Björn te verschalken, en de goede loting leek in water te vallen.

Jan van Loenen moest tegen de sterkste speler van DUO, Wouter Ludwig, aan wie hij zijn degelijkheid liet zien. Ludwig probeerde nog te omsingelen, maar Jan liet zich niet van de wijs brengen en uiteindelijk zag Ludwig dat de stand vrij weinig opbracht en ruilde zelf de omsingeling eraf. Voor Jan was het een koud kunstje om niet in gevaar te komen, met een goede remise als gevolg.

Jeugdspeler Pepijn van den Brink moest tegen een degelijke Achterhoeker, Gerrit Wassink. Met een afwijkende Keller-opening kon de ruil 1319, na die stand kon Wassink zich niet vinden in de stand en accepteerde dan maar wat nadeel. De Huissenaar speelde niet altijd de meest scherpe zetten om echt gebruik te maken van zijn voordeel, waardoor een gelijkwaardige remise als gevolg was.

De partij van Rob Schrooten tegen de degelijke clubman Gerhard van Kampen, was een partij van de ‘ruiltjes’. Een partij waar vrij weinig gebeurde met remise als niet verrassende uitslag, dit kwam vooral ook doordat van Kampen zijn halve hekstelling lang wou volhouden. Marcel Janssen moest tegen oud-NK-finalist Jochem Zweerink. Het was een zeer interessante partij, waar beide spelers vaak de voorkeur voor de aanval gaf. Doordat er grote mogelijkheden waren, begon de tijd een beetje te knagen aan Zweerink, en kon Marcel misschien hopen op een foutje. Dit gebeurde jammer genoeg niet, Marcel kreeg uiteindelijk wel een schijf, maar zag meteen dat dat niets opbracht en beide heren schudden elkaar de handen, 5-7 dus.

De partij van Leen de Rooij tegen Bert Woolschot was een partij die beide kanten kon opgaan. Leen zag een afwikkeling van Woolschot over het hoofd en had het geluk dat het goed afliep. In de volgende zetten kwam Leen wat slechter te staan. Leen zag een makkelijke remise over het hoofd, hij kon op de 48e zet met 2520 en 3024 vervolgen. Op de 58e miste Leen weer de remise door de dam naar 36 te brengen en dan met schijf 20 naar 14. Leen speelde echter 2015 en de stand was opeens helemaal verloren. Woolschot leek het goed te doen, maar in plaats van de dam op 1 te zetten, zette Woolschot de dam op 06 en dacht met 04 naar 22 de winst te forceren.  Leen zat hier op te hopen en pakte met al het geluk van de wereld de remise.

In de partij van Emiel gebeurde, net zoals in de partij van Rob, niet zo heel veel. Al kwam zijn tegenstander, Dinant Spieker wel iets beter te staan. Emiel rekende goed en kwam uiteindelijk niet in gevaar, het stond 7-9!

Nu kwam de kanteling. Geert Berends moest tegen Friso Fennema. De Huissenaar kreeg steeds meer voordeel dat hij goed uitbuitte. Ook al had Geert nog maar 4 schijven, het voordeel was groot. Op de 58e zet miste zijn tegenstander de laatste remise, door Geert maar naar dam te laten slaan, naar 44 te lopen, 2621 te offeren en damhalen op 50. 1621 is dan niet meer door Geert te voorkomen. Dit zag zijn tegenstander niet, omdat het zo verassend is en Geert bleef kalm en pakte daarmee zijn 4e winstpartij alweer.

Het stond intussen 9-9 en de laatste partij was die van Willem Hoek en Niek Smeitink, Willem kreeg al vrij snel een gunstig klassiek standje en speelde dat goed. De topscorer speelde een goede partij, hij miste weliswaar eerder een winnende variant, maar voelde in zijn rug Geert Berends aanstomen die ook aast op de topscorerstitel. Hij kreeg nog een groot eindspel, maar liet zich niet van de wijs brengen, rekende rustig en nauwkeurig naar de winst, zodat hij zijn 5e winstpartij pakt, de topscorer blijft, maar vooral het belangrijkste: Huissen 2 de winst schenkt!