door Leen de Rooij
De tekening
Petroeska, mijn oudste dochter, was misschien net veertien jaar toen ze bovenstaande tekening maakte. Piet Jongeneelen en ik zaten ieder aan een kant van het dambord. Piet kwam in die tijd, nadat hij weduwnaar was geworden, bijna dagelijks bij ons over de vloer. Mijn dochter wist hoeveel het afgebeelde motief, dat toen nog aan Canalejas (en later aan Guerra) werd toegeschreven, voor mij betekende. Dat was de reden waarom ze ervoor koos om deze stand op het dambord af te beelden.